Bosliefje - Nemophila menziesii Hydrophyllaceae - Bosliefjesfamilie |
||||||||||
Drachtplant, bijenplant | ||||||||||
|
||||||||||
Milieu en groeiplaats: vochtige, matig voedselrijke tot schrale bodems; zon - licht beschaduwd | ||||||||||
Herkomst: Californië, verwilderd in Nederland, meestal niet lang stand houdend en daardoor relatief zeldzaam. | ||||||||||
Toepassing: tuinen, bloemenmengels voor bijen | ||||||||||
Beheer: grond openhouden na de bloei wortel onkruiden verwijderen. | ||||||||||
Wilde solitaire bijen: maskerbijen; wordt vermoedelijk door meer soorten wilde bijen bezocht. Meer info: www.denederlandsebijen.nl | ||||||||||
Dracht: nectar en wit stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 5. | ||||||||||
Bloem - in het midden met de gaffelvormige stamper die uitloopt in twee zwarte punten | ||||||||||
![]() |
||||||||||
Vegetatie - dit is het lot van het overgrote deel van eenjarige planten. Ze worden snel door andere planten overgroeid. | ||||||||||
Fragment | ||||||||||
Honingbijen | ||||||||||
Stuifmeel is (vermoedelijk) afkomstig van een andere plantensoort | ||||||||||
Tuinmaskerbij | ||||||||||